Officieel kwaliteitslabel voor gendergelijkwaardigheid

Meer info

Officieel kwaliteitslabel

Eric Van den Broele – Graydon

Beluister hier de podcast met Eric Van den Broele

Na de crisis de ommekeer

Tekst: Schrijfgerief (Belinda Bruzzese)

Bij de eerste ontmoeting met Eric Van den Broele  – directeur Research & Development bij Graydon – ging het er al heel bijzonder aan toe. Hij contacteerde XKwadraat omdat hij zag dat deze organisatie volledig draait om gendergelijkwaardigheid en hij daar zelf momenteel onderzoek naar doet. Het resultaat is een ongemeen boeiend en leerzaam gesprek tussen gelijkgestemden.

Tipje van de sluier: dit gesprek is nog maar de eerste aflevering van een spannend feuilleton met in de hoofdrollen XKwadraat en Eric Van den Broele!

30 jaar data

Eric werkt al 30 jaar bij het bekende data-analysebedrijf Graydon. Wat weinig mensen weten, is dat het bedrijf in wezen uit twee delen bestaat: het zenuwcentrum en de ziel. De basis van de onderneming – het zenuwcentrum – is een reusachtige databank, die zo veel mogelijk gegevens van goede kwaliteit van alle Belgische ondernemingen en verenigingen verzamelt en analyseert. De ziel, daarentegen, bestaat uit het ontwikkelen van algoritmes om via deze data tot inzichten te komen over onze economie. Traditioneel werd dit gedaan om voorspellingen te kunnen doen over mogelijke faillissementen, groeimogelijkheden, etc.

Van witwaspraktijken tot burn-outs

Maar de laatste jaren is het bedrijf meer en meer geëvolueerd naar het meetbaar maken van wat velen als fundamenteel onmeetbaar beschouwen. Zo is de echte waarde van eender welk bedrijf niet te vinden in het financiële kapitaal of in winst , maar in elementen die niet te becijferen lijken. Zoals daar zijn: motivatie van het personeel, leiderschap, aanpassingsvermogen en maatschappelijke toekomstgerichtheid.

Door al deze elementen toch te kwantificeren, kunnen er veel meer boeiende conclusies getrokken worden, die best verregaand zijn. Graydon is bijvoorbeeld nu al in staat om op basis van data-analyse aan te tonen welke bedrijven het meeste kans maken om gelinkt te zijn aan vormen van criminaliteit (drugs, witwaspraktijken, mensenhandel,…). Maar ook of deze of gene onderneming kwetsbaar is voor burn-outs – wat zeker ook onze overheden interesseert. Hetzelfde geldt voor de nieuwe crisis die de wereld in zijn greep houdt: welke bedrijven zullen de pandemie overleven en welke waarschijnlijk niet?

Van avontuurlijke filosoof tot hoofd Research & Development

Erics parcours is ietwat ongewoon. Voor een filosofiestudent lijkt de  financiële wereld toch eerder een ver-van-mijn-bed-show. Maar zover is het nog niet, want na zijn studie gaat hij eerst Parijs en daarna Zuid-Afrika onveilig maken. Een sterke aanrader, zegt hij, voor de jeugd van tegenwoordig: verken de wereld – en nog het liefst op de gekst mogelijke manieren! Onze interviewee geeft toe dat hij als groentje bij Graydon zelfs niet op zoek was naar zijn droomcarrière: hij had gewoon nood aan ‘een’ job om wat centjes te verdienen om daarna heel snel weer op avontuur te trekken. Maar dat is buiten zijn toenmalige baas gerekend, die iets in hem ziet en hem aanspoort om te blijven. Dertig jaar later zit hij er nog steeds, en met veel plezier.

Of het toch geen al te gekke sprong was van studies filosofie naar een databedrijf? ‘Absoluut”, zegt Eric, “maar net die achtergrond gaf mij de kracht om verbanden te leggen tussen verschillende vakgebieden die op het eerste gezicht niets met elkaar te maken hebben. Dat is nu precies wat mijn job zo boeiend maakt’. Zijn originele manier van denken blijkt zelfs een grote meerwaarde voor het bedrijf. Daarnaast zijn de gegevens die verzameld worden uiteindelijk altijd gelinkt aan menselijk gedrag – achter bedrijven gaan mensen schuil, en dan komt filosofische kennis handig van pas. ‘Een bedrijf is niet enkel iets economisch: het is het resultaat van afspraken tussen personen en het treedt voortdurend in interactie met zijn nabije en ruime omgeving. Een bedrijf is dus een maatschappelijk en sociaal gegeven, onderhevig aan en gestuurd door menselijk gedrag.’

Een concreet voorbeeld: leiderschapsstijlen. Zoals bekend, verschillen managers vaak dag en nacht in hoe ze hun medewerkers aansturen. Zo zijn er, aan het ene uiterste, de dictators, en aan de andere zijde de ‘democratische’ leiders. Om leiderschapsstijlen te bepalen, vond Eric inspiratie bij taalfilosofen zoals Wittgenstein en Chomsky: zij toonden aan dat het menselijk denken altijd binnen een bepaalde taalstructuur plaatsvindt. Met andere woorden: taal bepaalt, onder meer door de grammaticale structuur, het denken.

Eric keerde op een gegeven moment de redenering om met de onderzoeksvraag ‘Kan door de taal te bestuderen het denken, en dus ook de menselijke typologie erachter, worden blootgelegd?’. Hiervoor bestudeerde hij het woordgebruik en de grammatica van webteksten, gecombineerd met specifiek psychologisch onderzoek naar leiderschapsstijlen. Een handje geholpen door de onderzoeksresultaten van de Universiteit Antwerpen, die intussen enquêtes had afgenomen bij bedrijfsleiders om een leiderstypologie op te stellen, kwam hij tot enkele boeiende vaststellingen. Zo blijkt er wel degelijk een verband te bestaan tussen de woordenschat van een bepaalde website en de leiderschapsstijl van de directie van het bedrijf in kwestie. Dit was vooral het geval bij kleine en middelgrote ondernemingen, omdat hier de bedrijfsleider steevast het laatste woord heeft over wat er op de site komt te staan, en hoe. Bij grotere ondernemingen zijn het vaak copywriters die de teksten voor hun rekening nemen, en is het systeem minder waterdicht.

‘In wezen ben ik op zoek naar patronen die ogenschijnlijk geen verband hebben met de data waarmee je werkt, maar waarbij er op een ander, onverwacht niveau toch een verband blijkt te bestaan’. En Eric doet de hele dag niets anders dan deze verbanden leggen, om de maatschappij vooruit te helpen.

Never waste a good crisis

Als er één bedrijf is dat deze uitspraak eer aan heeft gedaan, is het Graydon wel. De aanloop naar zijn benadering van de huidige wereldwijde crisis was de periode na de aanslagen in Brussel in 2016. Toen vroeg de Brusselse overheid het bedrijf om na te gaan wat de gevolgen zouden zijn voor de economie in onze hoofdstad. En dit bleek de ‘ideale’ repetitie voor de veel grotere ramp die nog komen zou. Ook toen viel de economie – zij het op een lokale en dus kleinere schaal – tijdelijk volledig stil. In eerste instantie ging Eric, zoals hij en zijn collega’s-analysten  gewend waren, aan de slag met de traditionele manier om bedrijfsdata te analyseren: het bekijken van de jaarrekeningen om conclusies te trekken over de overlevingskansen van bedrijven. Maar deze gegevens waren op dat moment eigenlijk al achterhaald. Het moest dus anders.

Aha!

Een paar weken later had Eric de verlossende aha-erlebnis: hij besefte plots dat hij wel bezig was met het correct beantwoorden van de vraag die was opgeworpen, maar… de vraag zelf klopte niet! Het was immers geen kwestie van een klein aantal zwakkere bedrijven die misschien ten onder zouden gaan aan laagconjunctuur, terwijl de sterkeren het wel zouden redden, zoals gebruikelijk. Nee: de aanslagen veroorzaakten in Brussel een crisis waar elk bedrijf dat met toeristen te maken had – van de zwakste tot de sterkste schakel – mee te kampen kreeg. Een dergelijke situatie had niets te maken met de momenten van laagconjunctuur zoals we er de afgelopen decennia meerdere hadden meegemaakt: er drong zich een heel nieuwe term op, voor een heel nieuwe situatie: de economie ‘in discontinuïteit’.  De vraag luidde dus niet langer: welke bedrijven hebben het nu al moeilijk en zullen het niet halen? Maar wel: waardoor worden de overlevingskansen van een onderneming eigenlijk bepaald?

Onze gast geeft een tot de verbeelding sprekend voorbeeld. Stel: Eric, voor zijn leeftijd behoorlijk in vorm maar ook levensgenieter, komt in ijskoud water terecht en moet zien te overleven. Tegelijk belandt niemand minder dan Remco Evenepoel – de perfect afgetrainde atleet die alles wint wat er te winnen valt – in datzelfde water. Wie van beiden heeft nu de beste kansen om te overleven? Verrassend genoeg is het antwoord niét: Remco Evenepoel. Want die heeft niet het voordeel van het extra isolerende laagje vet dat onze interviewee als parttime-Bourgondiër beschermt tegen onderkoeling.

Bovenstaand voorbeeld illustreert mooi het verschil tussen efficiëntie (de sporter) en redundantie (het extra laagje vet van Eric). Vanaf 2016 gingen ze dus bij Graydon aan de slag met het ontwikkelen van modellen om redundantie van bedrijven in kaart te brengen en de effecten van ‘totaalcrisissen’ te meten. Tegen begin 2020 was er al heel wat werk verricht, hoewel er ook andere prioriteiten waren.

Maar dan wordt de eerste lockdown afgekondigd. Eric zit op dat moment te vergaderen rond MVO. Na afloop van de vergadering beseffen alle aanwezigen dat de dag erna het land op slot zal gaan. Samen met Peter en Geert,  twee andere verantwoordelijken binnen Graydon,  begrijpt Eric dat het nu of nooit is: ‘De modellen die we volop ontwikkelden, konden ons een uniek en accuraat antwoord geven op de effecten van de coronacrisis op het bedrijfsleven en zo onze maatschappij ondersteunen in het nemen van beslissingen en het sturen ervan’. Samen neemt het trio een drastische beslissing. Ook Graydon gaat in lockdown. Het hele bedrijf wordt platgelegd en als ‘war room’ ingericht, met maar één doel – nu alles op alles zetten om de laatste stappen van het model te ontwikkelen. Een dag later werkt het hele bedrijf met een enorme drive aan dat ene doel: het model zo snel mogelijk afwerken en up and running krijgen.

Letterlijk een week later is het resultaat al voelbaar: de ruwe modellen draaien. Toeval bestaat niet, en er komt een telefoontje van de redactie van De Tijd: hebben jullie iets te bieden? Ja en nee, want onze modellen zijn nog niet af. Maar bij De Tijd dringen ze aan en een en ander wordt toch voor publicatie vrijgegeven. Waarop er een telefoontje komt van de economische crisis-taskforce, die heel verbaasd reageert omdat zij nog bezig is met klassieke analyses en dus aanvoelt dat ze achter het net vist. En Graydon duidelijk niet. Er wordt besloten om het basismodel te analyseren en ervoor te zorgen dat van week tot week de vinger aan de economische pols kan worden gehouden. In overleg met met de Economic Risk Management Group wordt er een platform ontwikkeld voor overheden om zelfs van dag tot dag in het oog te houden wat er in het bedrijfsleven gebeurt. Vragen die zo worden beantwoord zijn: wat zijn de noden? Welke bedrijven waren al ongezond vóór de crisis, en welke komen nu pas in de problemen? Welke hebben de beste overlevingskansen?

Dit platform is nu nog steeds een basis voor heel wat overheden om onze bedrijven bij te staan in crisissituaties.

Na de crisis de ommekeer

Dit is de titel van het boek van Eric Van den Broele. Het valt uiteen in 3 delen.

Deel 1 maakt duidelijk hoe hij een bevoorrecht waarnemer is van de crisis. En covid-19 legt eigenlijk fundamenteel  bloot wat er de laatste 20 à 30 jaar fout liep in onze economie. Eric beklemtoont dat zijn boek niet geschreven is voor specialisten, en het is ook geen economieboek. Het is bedoeld voor iedereen die geïnteresseerd is in het onderwerp: wat was het probleem met de economie zoals ze was? Het antwoord is dat de focus altijd maar meer kwam te liggen op efficiëntie en winstbejag op korte termijn, zonder rekening te houden met continuïteit en langetermijndoelen. In de loop der tijden is de mens minder en minder de economie gaan sturen, en wordt hij, omgekeerd, meer en meer bepaald door een economische ideologie. We zijn zelfs gaan geloven dat het de economie is die bepaalt wie we zijn als mens. Eric stelt zich daar terecht vragen bij. En geeft gelukkig ook enkele aanzetten voor een oplossing.

In deel 2 gaat het over de plaats van de economie in de maatschappij. Om die vraag te beantwoorden, moeten we eerst een andere vraag stellen: wat is eigenlijk een mens? En dan komen filosofie, sociologie en biologie om het hoekje kijken om een voor Eric geldige definitie op te stellen. En die is: de mens is eerst en vooral een cultureel wezen. Het is de enige diersoort die mogelijke toekomstscenario’s kan bouwen, en net daardoor inschattingen kan maken over zijn toekomst. En vooral: net daarom is hij, zij of X in staat zowel de toekomst als het lot bij te sturen.  Het doembeeld dat de mens alles lijdzaam ondergaat, klopt dus zeker niet. De mens neemt zijn lot voor een groot deel zelf in handen en kan zich zelfs robuuster wapenen tegen onvoorziene omstandigheden. Dit doet hij met 3 instrumenten: economie, maatschappij en technologie. Het punt is dat de mens de afgelopen jaren duidelijk de controle over die instrumenten kwijt is: ‘Het zijn die instrumenten die ons tegenwoordig meer en meer bepalen, in plaats van andersom.’ Het ultieme doemscenario dat dit illustreert, is de Chinese evolutie, waarbij het kapitalisme een duivels verbond aangaat met de Staat en de technologie en zo een waar monster creëert. Dit moeten we tot elke prijs vermijden.

In deel 3 geeft Eric de aanzet tot een andere manier van denken en zoekt hij naar een manier om van deze instrumenten opnieuw daadwerkelijke instrumenten te maken, opdat de mens het heft opnieuw in handen krijgt en er geen speelbal meer van is. Als mens moet je immers vooral je eigen toekomst kunnen sturen en begeleiden.

Het boek schuift geen vastomlijnde ideologie naar voren, maar wil mensen doen nadenken zonder een definitief antwoord op te dringen. Dit neemt niet weg dat het wel enkele duwtjes in de goede richting geeft. Volgens XKwadraat – dat het boek al gelezen heeft – is Eric hier alvast heel goed in geslaagd.

Waarom eigenlijk dit boek?

In april-mei 2020 besefte hij dat de mistoestanden zo sterk uitvergroot werden dat dit hét moment was om de mensen een spiegel voor te houden. Het was dé kans om een crisis te gebruiken om de maatschappij fundamenteel een andere richting op te sturen. Een menselijker maatschappelijk en economisch weefsel is een absolute noodzaak, en de ultieme doelstelling van dit boek.

De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens

Deze is in het boek opgenomen. Waarom, willen we weten. Voor Eric is het duidelijk: gezien de mens een cultuurwezen is, is hij zeer sterk verbonden met zijn gemeenschap. Alles is gebaseerd op het respecteren van de ander, op alle mogelijke gebieden: cultuur, gender, nationaliteit,…  Mensenrechten, dus. Eric benadrukt wel dat hij gebruikmaakt van de teksten die in de jaren ‘60 door de VN werden gepubliceerd in het kader van de ontvoogdingsbeweging ten opzichte van het kolonialisme: “Net in díe teksten komt het begrip ‘diversiteit’ met nadruk op de voorgrond. Bovendien vormt niet ‘gelijkheid’ maar ‘gelijkwaardigheid’ hier de kern. En die begrippen zijn dus de ruggengraat van mijn boek. “

De maatschappij of de aandeelhouders?

We merken op dat Eric sterk de nadruk legt op de maatschappelijke rol van bedrijven en vragen hem of hij deze achteruit ziet gaan. Het antwoord is heel duidelijk: ja. Hoewel we niet mogen veralgemenen, staat in de meeste grote bedrijven het kapitalisme van de aandeelhouder (shareholder-kapitalisme) centraal, ten koste van het maatschappelijke nut (stakeholder-kapitalisme). De anonieme aandeelhouder heeft niet zozeer meer zijn kinderen en kleinkinderen voor ogen, maar louter de snelle winsten. De gevolgen laten zich raden: bedrijfsleiders worden monsterlijk vet beloond om zo snel mogelijk zo hoog mogelijke dividenden uit te betalen, en alles moet daarvoor wijken. De bedrijven in kwestie zijn ook weinig toekomstgericht – zelfs wat de continuïteit van het bedrijf zelf betreft: het is al ‘kassa-kassa’ wat de klok slaat.

Deze tendens is de laatste 20 à 30 jaar steeds duidelijker geworden bij (zeer) grote bedrijven. Covid toont op een pijnlijke manier aan hoezeer het onze maatschappij is die daar nu voor opdraait, en hoe deze gang van zaken onze toekomst hypothekeert. Bij kmo’s ligt dit enigszins anders: zij tonen nog enige bescheidenheid en kleinschaligheid.

Europese waarden beschermen

In het boek wordt ook gewaarschuwd voor de invloed van waarden die niet stroken met die van de Europese landen. Eric stelt dat alle spelers die met Europa willen samenwerken, zich zullen moeten schikken naar deze waarden. Hoewel binnen Europa zelf sommige landen ook niet heiliger zijn dan de paus: Hongarije, bijvoorbeeld. Daar heeft Eric het als homo erg moeilijk mee, omwille van de maatregelen die een bepaalde politieke kaste meent te moeten doordrukken om haar macht te bestendigen. Of het Hongaarse volk het daar werkelijk mee eens is, durft hij te betwijfelen. In ieder geval zullen landen die de Europese waarden niet onderschrijven zichzelf op den duur uit de race duwen.

Artificial Intelligence

Ook belangrijk: hoe gaan we om met kunstmatige intelligentie? We willen van Eric weten of het wel mogelijk is om subjectieve keuzes objectief te meten. Nee, dat kan niet, zegt hij. Dat is bijvoorbeeld zo met de toepassing van het ‘trolleyprobleem’ op zelfrijdende voertuigen. Stel: een zelfrijdende auto heeft geen tijd meer om te remmen en moet kiezen tussen een oude dame die de straat oversteekt, een groepje spelende kinderen of een betonnen paal. In dit laatste geval zou de inzittende om het leven komen. De programmeurs moeten de auto laten kiezen, dus wat wordt het? ‘Ook al lijkt dit niet zo: de keuze wordt louter cultureel bepaald. Want in Europa zijn we geneigd om in ieder geval niet de kinderen aan te rijden, omdat zij nog een heel leven voor zich hebben. Met die verklaring hoef je echter in Centraal-Afrika niet aan te komen, want daar is het respect voor ouderen te groot om voor de oude dame te ‘kiezen’. De paal dan maar? Stel dat bekend wordt dat de zelfrijdende auto de voorkeur geeft aan die keuze: zou je die dan nog wel kopen? Eigenlijk kies je dan voor een zelfmoordwagen. Het is dus best een moeilijke materie. Dit soort vragen zijn niet zomaar te beantwoorden, en hoe dan ook bestaat er geen universeel geldend antwoord’.

In ieder geval is de keuze voor een bepaalde technologie altijd gebonden aan bepaalde ethische keuzes. De basis hiervan is meestal wel (grotendeels) universeel, maar de uiteindelijke keuze zal altijd cultuurgebonden zijn. En zo komt Europa voor ethische keuzes te staan. Eric benadrukt dat deze niet beter of slechter zijn dan die van de andere regio’s: wel ‘anders’ en ‘divers’. Maar in het geval van AI kiest  Europa duidelijk voor de verdere ontwikkeling van maatschappij-ondersteunende technologie: AI moet het  sociaal weefsel versterken. China, daarentegen, kiest met nadruk voor het controleren van de burger, met ‘veiligheid’ als hoogste goed. In de VS is AI dan weer vooral gericht op het beheersen en (ver)leiden van de consument: daar staat de economie boven de maatschappij.

Volgens Eric is het dan ook van vitaal belang dat Europa nadrukkelijk keuzes maakt, en daarnaast zichzelf beschermt tegen de gevolgen van ethische keuzes die elders worden gemaakt.

Wat betekent gendergelijkwaardigheid voor Eric van den Broele?

Onze gast is voorzichtig, want hij heeft deze discussie al vaker gevoerd, en telkens stoot hij op dezelfde gevoelige kwestie rond quota. Hijzelf is er geen voorstander van, omdat gelijkwaardigheid volgens hem vanzelf ontstaat wanneer mensen, ongeacht hun gender, gekozen worden omwille van hun talenten. Zo is het managementteam van Graydon – al dan niet toevallig – voor 50% vrouwelijk. En tellen de heren alvast één homo in hun midden.

Gendergelijkwaardigheid is geen bewuste doelstelling bij het bedrijf. Wel: het bieden van kansen aan de beste talenten. Het doel moet niet gelijkheid zijn, maar gelijkwaardigheid: gelijke capaciteiten is gelijk aan gelijke kansen. En dat moet ook de essentie zijn van een echt gelijkwaardige samenleving. Dit betekent ook dat je iedereen de kans moet geven zijn/haar/hun talenten te ontwikkelen. Al geeft Eric meteen toe dat dit een ideaalbeeld is, waarbij quota wellicht toch als een noodzakelijke tussenstap zullen moeten dienen.

Heeft Eric nog carrière-uitdagingen?

Jazeker, want zijn boutade luidt dat een pensionering hem nooit zal overkomen. Dus zet hij al zijn know-how graag zo lang mogelijk in voor de doelstelling van Graydon om het maatschappelijk weefsel zo kwaliteitsvol mogelijk te maken. En daar heeft het, zoals we al gezien hebben, een paar heel mooie concrete mogelijkheden voor.

O dierbaar België

Er volgt niet minder dan een lofzang op onze rijke regio. Want volgens Eric is de positie van ons land op wereldniveau niet te onderschatten. We zijn uniek op het gebied van bedrijfsdata: geen enkel land ter wereld heeft zo veel en zo veel kwalitatief goede gegevens ter beschikking over zijn ondernemingen. Samen met de huidige AI-technologie kunnen we uiterst solide algoritmes ontwikkelen die er specifiek op gericht zijn de kwaliteit van ons maatschappelijk weefsel te versterken, onze economie menselijker te maken, etc. We zijn aldus in staat om van onze Vlaamse regio of van ons land wereldwijd hét speerpunt op dit gebied te maken.

Toen Wivina van XKwadraat Erics werk leerde kennen, stond ze versteld van wat er uit bedrijfsgegevens zoal afgeleid kan worden over gendergelijkwaardigheid. Het gaat om op feiten gestoelde argumenten, die de gelijkwaardigheid volop kunnen  promoten en stimuleren. Ook op het vlak van de objectieve analyse van gendergelijkwaardigheid kan België wereldwijd dus absoluut een leidende regio worden. Deze know-how en technologie kunnen we vervolgens over het hele Europese grondgebied en de rest van de wereld verspreiden. De ambities zijn torenhoog.

Wivina is in ieder geval verheugd en trots dat ze hieraan kan meewerken via het onderzoek van Eric zelf en student handelswetenschappen Tim Van Laere.

Reiken naar de sterren

Dit had een mooie afsluiter kunnen zijn, ware het niet dat we ook nog nieuwsgierig zijn naar Erics kinderdroom. Hij twijfelt even, maar volgens hem was het: astronaut worden. Sterrenkunde fascineerde hem al van kindsbeen af, en later kwam daar nog navigatie bij. Dat hij zijn legerdienst bij de zeemacht sleet, was dan ook geen toeval. Als Bruggeling was hij daarnaast een zeiler, en ook die sport wijst in die richting.

Nochtans had hij er alles aan gedaan om aan zijn legerdienst te ontsnappen, zegt Eric. Maar toen hij uiteindelijk op een legerschip terechtkwam, ging er een heel spannende en leerrijke wereld voor hem open. Ook daar kon hij zijn filosofische hartje al ophalen, want zo’n schip is een gemeenschap, waar regels gelden die dezelfde zijn voor alle kleine gemeenschappen.  Gezag, bijvoorbeeld, is iets dat niet automatisch wordt meegeleverd met lintjes en graden. Het is iets dat je moet verdienen door jezelf te bewijzen. Zo verwerft een officier op een zeemachtschip pas écht gezag als hij binnen 7 minuten een man (m/v/x) die overboord is geslagen het water uit kan trekken – hoe hoog hij verder ook in graad mag zijn gestegen. Deze les past Eric nog steeds toe op het hele maatschappelijke leven, en in zijn boek.

Zitten er nog hiaten in de bucketlist?

Een tweede boek, misschien? Inderdaad, maar dit keer mag het iets helemaal anders zijn.  Een boek over mensen en kunst. Geen kunstboek, maar een boek over hoe de mens zich tegenover kunst verhoudt, wat het maatschappelijk belang is van kunst, etc. Misschien komt het er, of misschien niet – het nadenken erover is in ieder geval al aan de gang.

En verder gaat het al jaren richting Zambia. In 2006 ondersteunde Eric daar samen met zijn toemalige partner de ontwikkeling van een weeshuisproject. Ook nu nog trekken ze er elk jaar naar toe, werken ze er met de kinderen, helpen ze met de opbouw en zorgen ze van hieruit voor een deel van de fundraising, …  . Dit doen ze samen  met een ‘eigenaardig’ Amerikaans koppel, dat verder heel weinig gemeen heeft met Eric en zijn huidige partner: presbyteriaans, vermoedelijk Trumpaanhangers, bijna cliché-Texanen, voorstanders van de doodstraf, etc. En toch klikte het bij hun ontmoeting onmiddellijk, omwille van hun kijk op wat er moest gebeuren om de noden voor weeskinderen in Zambia te lenigen, hun kleinschalige aanpak, enzovoort.

Eric voelt zich elke keer weer thuiskomen wanneer hij op Zambiaanse bodem landt. Definitief naar Zambia gaan wonen, is zelfs een droom, maar dan wel een die moet wachten tot… jawel: de dag van zijn verplichte pensionering.

Start!

Het einde van dit interview wordt in ieder geval geen afscheid, want deze eerste ontmoeting is slechts de eerste in een lange rij, nu XKwadraat en Eric Van den Broele gaan samenwerken om gendergelijkwaardigheid wetenschappelijk te benaderen en breder op de kaart te zetten.  Het is de bedoeling om een jarenlange samenwerking te starten, die zal leiden tot mooie resultaten, die ze stap voor stap naar buiten zullen brengen. Een belangrijk en groots project – daar zijn beiden het roerend over eens.

Deel dit artikel

Wij maken gebruik van cookies of gelijkaardige technologieën (bv. pixels of sociale media plug-ins) om o.a. uw gebruikservaring op onze website zo optimaal mogelijk te maken. Daarnaast wensen wij analyserende en marketing cookies te gebruiken om uw websitebezoek persoonlijker te maken, gerichte advertenties naar u te verzenden en om ons meer inzicht te geven in uw gebruik van onze website.

Gaat u ermee akkoord dat we cookies gebruiken voor een optimale websitebeleving, opdat wij onze website kunnen verbeteren en om u te kunnen verrassen met advertenties? Bevestig dan met "OK".

Wenst u daarentegen specifieke voorkeuren in te stellen voor verschillende soorten cookies? Dat kan via onze cookie policy. Wenst u meer uitleg over ons gebruik van cookies of hoe u cookies kan verwijderen? Lees dan onze cookie policy.